Carien van Poppel kijkt terug

De Nuenense verpleegkundige Carien van Poppel sluit haar loopbaan binnenkort af. In een interview met het Eindhovens Dagblad kijkt zij erop terug. 

 

Het interview is zo waardevol, dat we het hieronder integraal weergeven. Omdat het veel met gezond en gezellig oud worden in Leende te maken heeft.

 

Carien ziet door haar lange loopbaan namelijk, waar het vaak fout gaat bij ouderen. Dat is dat als het probleem er is, je dan al te laat bent.

 

Het interview

Carien ziet waar 't vaak fout gaat: 'Ouderen, kijk vaker in de spiegel'

Nuenense verpleegkundige verlaat na vijftig jaar de zorg

CARIEN VAN POPPEL STOPT BINNENKORT NA RUIM VIJFTIG JAAR ALS VERPLEEGKUNDIGE GEWERKT TE HEBBEN. FOTO RENÉ MANDERS/DCI MEDIA RENÉ MANDERS/DCI MEDIA

 

Vrienden van Carien van Poppel reageren soms vol onbegrip: waarom ben je zo vroeg al bezig met mogelijke zorg in de toekomst en je begrafenis? 'Omdat ik niet te laat wil zijn.' De verpleegkundige (67) heeft vaak genoeg gezien hoe het misgaat.

TONNY PEETERS

 

Tonny Peeters tonny.peeters@ed.nl

Helmond/Nuenen

Nu is ze nog vitaal en de Nuenense wil goed voorbereid zijn. Niet afhankelijk. Ze spreekt uit ervaring. Alleen al de laatste vijf jaar als wijkverpleegkundige ouderenzorg in Helmond legde ze een kleine tweeduizend huisbezoeken af. Ze heeft in diverse functies binnen de zorg veel schrijnende gevallen gezien, van ouderen die vereenzamen en die maar wat graag gehoord willen worden.

Van Poppel zelf kent twee standen: of ze praat veel of ze is muisstil en biedt een luisterend oor. Maar ze weet ook hoe belangrijk goede zorg is. Aan den lijve zelfs. Twee jaar geleden kreeg ze in etappes twee nieuwe heupen. Ze regelde zelf dat een overbuurvrouw zes weken lang elke dag haar kousen en schoenen aan kwam doen. Een vriendin leegde de kattenbak. Regeren is vooruitkijken. De Nuenense zorgt er zelf wel voor dat ze een netwerk heeft. Tijdens haar werk ziet ze dat juist veel ouderen daarmee worstelen. Dus gaat ze in haar praatstand.

 

Welk advies heeft u voor ouderen die zorg nodig hebben?

,,Kijk naar je huidige woning. Wat als ik straks niet meer de trap op kan? Maak je een natte cel beneden? Daar moet je nu al over nadenken, want als het probleem zich voordoet ben je al te laat. Ik heb verder al met mijn kinderen gesproken over mijn begrafenis. Mijn zoon weet bijvoorbeeld waar een mapje ligt met mijn wensen. Hij kan ook in mijn telefoon, dus dan heeft hij alle belangrijke adressen en telefoonnummers.

Ik merkte veel onbegrip bij mijn vrienden toen ik daarover vertelde. Ik ken echter geen schroom, sterker nog ik vind dat heel belangrijk. Ik kom dit soort gevallen dagelijks tegen in mijn werk. Ouderen, kijk wat vaker in de spiegel."

 

Wat is een veelgemaakte fout door ouderen?

,,Ze moeten op tijd nagaan of ze een netwerk hebben, dat gebeurt te weinig. Als de een wegvalt, gaat de ander vaak snel achteruit. Bovendien schrikken veel kinderen zich ook kapot in zo'n situatie. Kan mama dat niet zelf, hoor ik wel eens... Die weten dan niet dat moeder weinig af weet van de hypotheek of andere zaken die de man altijd regelde of andersom. Mensen vereenzamen ook vaak als iemand wegvalt. Dan wordt wel dagbesteding geregeld, maar dat is heel duur. Had zelf maar een kaartclubje geregeld, denk ik wel eens."

 

De zorg van tegenwoordig is ook ingewikkeld...

,,Ik noem het de 'jungle van de zorg', een onoverzichtelijke bedoeling. Dat geldt vooral voor mensen die te maken hebben met de Wet langdurige zorg en alle indicaties. Hoe vraag je dat aan? En dan krijg je eindelijk een indicatie, is er geen plek door een groot tekort aan personeel. Daardoor kan het zijn dat vader of moeder naar Maastricht of Breda moet als thuis blijven geen optie meer is... Dan haal je wel eens mensen die al zestig jaar samen zijn uit elkaar, drama's zijn dat. Er moeten eerst mensen dood gaan alvorens er hier plek komt, zo is het echt momenteel."

 

Hoe lost u het gebrek aan handjes in de zorg op?

,,Als eerste moet je iets aan de beeldvorming onder jongeren doen. Die denken alleen maar dat ouderen stinken, zeuren en veel slapen. Dat moet echt anders. Voer weer een week maatschappelijke stage in. Ik heb van dichtbij gezien dat jongeren na enkele dagen meelopen een ander beeld van de zorg hebben. Je kunt ook jongeren en ouderen laten samenwonen in een complex. Zet ze bij elkaar en hang er een sociale verplichting aan voor de jongeren. Dat doen ze nu ook in een oud verpleeghuis in Amsterdam. Daar ontstaan mooie koppeltjes en dat heb je nodig."

 

U komt als verpleegkundige graag op voor mensen die het nodig hebben. Hoe komt dat?

,,Dat zit van jongs af aan in mij. Ik heb ook enkele jaren in een nonnenklooster in Eindhoven gewerkt, ik vond het vreselijk daar. Dat kwam door het machtsmisbruik van moeder-overste. Zij noemde de zusters met dementie steevast 'sukkelaars'. Kregen andere nonnen nieuwe kleding, kregen de 'sukkelaars' wel de oude. Zij hadden geen nieuwe nodig zei ze dan. Ik kan daar niet tegen. Ik heb veel strijd met haar gevoerd, tot aan het kantongerecht toe. Van die periode heb ik wel een tijdje last gehad."

 

U heeft ook veel werkervaring opgedaan in de Betuwe. Was de zorg daar anders dan hier?

,,Daar had je veel 'driegeneratiegezinnen'. Ik werkte toen nog 'allround'. Dan kwam ik in de ochtend bij oma om de steunkousen aan te doen en in de middag zag ik het kleinkind op het consultatiebureau. Daar was veel zorg voor elkaar. Oma had nog echt een functie, ze paste op de kleinkinderen. De betrokkenheid was heel groot.

En als wijkverpleegkundige hoorde je daar bij de notabelen van het dorp. Ik mocht bij een gildefeest op de hoofdtribune plaatsnemen. De zuster was echt een begrip, dat is hier en nu minder het geval. Toen ik terug naar Brabant kwam, kreeg ik wel voorrang bij de toewijzing van een huis. Dat gold destijds ook voor bijvoorbeeld brandweerlieden."

 

18 april is uw laatste werkdag. Zegt u de zorg daarna helemaal vaarwel?

 

,,Ja, want ik vind niet dat je als vrijwilliger betaalde functies moet uitvoeren. Dan zijn we verkeerd bezig. Ik wil wel kijken of ik in mijn straat iets kan doen. Zo wil ik komende zomer een grote pot soep maken en dan buiten neerzetten. Ik duw dan briefjes in de bus bij mensen in de straat, in de hoop dat veel mensen naar buiten komen.

Elkaar leren kennen, daar begint het mee. Sociale hulp bieden dus. Ik zit nu in een soort rouwproces, omdat ik de zorg ga verlaten, maar ook na mijn laatste werkdag op 18 april wil ik graag betekenisvol bezig blijven."